Horizontaal: |
| 1. | het verloop van de afzet van een product in de loop van de tijd |
| 2. | tijdens deze fase van de productlevenscyclus daalt de afzet |
| 3. | een tijdelijke verlaging van de prijs |
| 4. | voor een nieuw product wordt eerst een hoge prijs gevraagd, waarna deze prijs geleidelijk wordt verlaagd om steeds nieuwe kopersgroepen te bereiken |
| 5. | de afzet van een onderneming uitgedrukt in % van de totale afzet |
| 6. | het aanzien van een product |
| 7. | voor hetzelfde product worden op verschillende marktsegmenten tegelijkertijd verschillende prijzen gevraagd |
| 8. | het opdelen van de markt in stukjes |
| 9. | tijdens deze fase van de productlevenscyclus moet het nieuwe product bewijzen, dat het in een bepaalde behoefte voorziet |
| 10. | een merk dat gevoerd wordt door de producent |
| 12. | een paraplumerk dat een bepaalde winkelketen gebruikt |
| 13. | schakel tussen fabriek en winkelier |
| 14. | de verkoper staat in voor verborgen gebreken en aanspraken van anderen |
| 15. | de winkelier |
| 17. | heeft betrekking op de weg die een product aflegt van producent naar consument |
| 18. | voorbeeld van een beïnvloedbare omgevingsfactor |
| 19. | de afzet groeit tijdens deze fase van de productlevenscyclus niet meer, er treedt voornamelijk vervangingsvraag op |
| 20. | het geldbedrag dat de afnemer betaalt voor een product |
| 21. | de onderneming die het grootste marktaandeel bezit |
| 22. | kranten, tv, radio, internet etc. |
| 23. | het geheel van producten dat een producent aanbiedt |
| 24. | bij wijze van reclame krijgt een vereniging een bepaald bedrag van een ondernemeing onder voorwaarde dat de naam van de onderneming op enigerlei wijze wordt vermeldt |
| 26. | het vrijwaren van de koper voor onverwachte kwaliteitsvermindering |
| 27. | heeft als functies bescherming, communicatie, verkoopstimulering en hanteerbaarheid |
| 28. | een groep mensen die dezelfde wensen heeft en min of meer op gelijke wijze reageert op de marketinginstrumenten van een onderneming |
| 29. | alle activiteiten die betrekking hebben op het bereiken van de doelstellingen van een onderneming |
| 30. | een naam, een beeld of een symbool waarmee een product wordt aangeduid |